~dvko/nederlang

Bytecode compiler and virtual machine for the Nederlang toy programming language
c050d629 — Danny van Kooten 2 years ago
very minor restructuring of function order
60a74c8b — Danny van Kooten 2 years ago
address clippy warnings
d5d1ead6 — Danny van Kooten 2 years ago
rework object creation into a more uniform interface

refs

main
browse  log 

clone

read-only
https://git.sr.ht/~dvko/nederlang
read/write
git@git.sr.ht:~dvko/nederlang

You can also use your local clone with git send-email.

#Nederlang 🇳🇱

Nederlang is een geïnterpreteerde programmeertaal, in het Nederlands! Met als bestandsnaam extensie... .nl! Het maakt gebruik van dynamische types en is geïnspireerd door talen als JavaScript, Python en C.

De Nederlangcode wordt gecompileerd naar bytecode en dan in een virtuele machine uitgevoerd. De compiler en virtuele machine zijn geschreven in Rust.

Dit hele project is natuurlijk een grapje en vooral bedoeld om van te leren. Het doel is om een taal neer te zetten die compleet genoeg is om Advent of Code mee te kunnen doen.

#Proberen

Je kunt Nederlang direct vanuit je browser proberen in de Nederlang speeltuin.

#Installeren

Om Nederlang op je computer te installeren moet je voorlopig nog even zelf builden vanaf de source (met cargo).

git clone git@github.com:dannyvankooten/nederlang.git
cd nederlang
cargo build --release

Na het uitvoeren van bovenstaande stappen staat de executable in target/release/nederlang. Om deze op ieder pad beschikbaar te hebben kan je deze (op Unix systemen) kopiëren naar /usr/local/bin.

cp target/release/nederlang /usr/local/bin/nederlang

#Types

Nederlang heeft eersteklas ondersteuning voor de volgende types:

  • Null
  • Booleans (ja / nee)
  • Floats
  • Integers
  • Strings
  • Arrays
  • Maps
  • Sets

#Expressies

De standaard wiskundige rekenregels gelden voor expressies:

1 + 1 * 2 - 3 / 3 % 2   // => 0
!ja                     // => nee
1 > 5                   // => nee
1 > 5 || 5 > 1          // => ja
(1 > 2 && 2 > 1) || ja  // => ja

#Variabelen

Variabelen worden gedeclareerd met stel:

stel x = 100

Verwijzen naar een niet-gedeclareerde variabele resulteert in een fout:

z + 100             // VerwijzingsFout: z is niet gedeclareerd

Variabelen zijn gelimiteerd tot de reikwijdte van het blok of de functie waarin ze worden gedeclareerd.

stel x = 100
{
    stel y = 100
    y + x           // => 200
}                   
y                   // VerwijzingsFout: y is niet gedeclareerd
x                   // => 100

Eenmaal gedeclareerde variabelen kunnen een nieuwe waarde krijgen toegewezen.

stel x = 1
x = 2
x                   // => 2
#Syntactische suiker

Om een variabele een nieuwe waarde toe te wijzen in relatie tot zichzelf kan je in plaats van de volledige vorm:

a = a + 5
a = a * 100
// etc..

Ook het volgende schrijven:

a += 5
a *= 100
// etc..

#Functies

Functies declareer je in de volgende vorm: functie <naam?> (<parameter?>, ...) { <korpus> }

functie optellen(a, b) { 
    a + b 
}
optellen(2, 3)      // => 5

Alternatief kun je functies ook declareren in de volgende vorm:

stel optellen = functie(a, b) { a + b }
optellen(2, 3)      // => 5

De laatste waarde in een functie wordt automatisch als antwoord aan de aanvrager teruggegeven. Alternatief kan je ook eerder antwoorden met antwoord <expressie>.

functie fibonacci(n) {
    als n < 2 {
        antwoord n
    }

    fibonacci(n - 1) + fibonacci(n - 2)
}

Functies zijn geldige waardes in Nederlang en kan je dus als parameter meegeven aan een andere functie:

functie opteller(a, b) {
    a + b
}

functie bereken(f, a, b) {
    f(a, b)
}

bereken(opteller, 2, 3)     // => 5
#Voorwaardelijke stellingen
als 1 + 1 == 2 {
    print("Ja, 1 + 1 is echt 2!")
} anders {
    print("Mijn hele leven blijkt een grote leugen.")
}
#Lussen
stel aantal = 5
zolang aantal > 0 {
    aantal -= 1
}

Om onder voorwaarde uit een lus te stappen gebruik je stop:

stel aantal = 1
zolang ja {
    aantal += 1

    als aantal == 100 {
        stop
    }
}
aantal                      // => 100

Om vroegtijdig naar een volgende iteratie van een lus te gaan gebruik je volgende:

stel n = 0
zolang n < 10 {
    als n % 2 != 0 {
        volgende
    }

    // n is een even getal
    // print(n)

    n += 1
}

#Ingebouwde functies

Nederlang komt met enkele ingebouwde functies die overal beschikbaar zijn.

print om iets naar de standaard uitvoer te schrijven.

print("Hey {}. Je bent nummer {} die dit echt leest.", "jij", 1337)

bool om een object naar een boolean om te zetten:

bool(1)             // ja

int om een object naar een geheel getal om te zetten:

int("15")           // 15

float om een object naar een decimaal getal om te zetten:

float("3.1415")     // 3.1415

string om een object naar tekst om te zetten:

string(1)           // "1"

#Lijsten

Lijsten creer je met [], bijvoorbeeld:

stel a = [1, 2, 3]

Om het zoveelste element uit een lijst op te vragen gebruik je lijst[index], waar [0] verwijst naar het eerste element uit de lijst.

a[0]                // => 1

Om een nieuwe waarde aan het zoveelste element in een lijst toe te schrijven gebruik je lijst[index] = waarde:

a[0] = 100

Je kunt een negatieve index gebruiken om vanaf het laatste element te beginnen met tellen.

a[-1]               // => 3

#Licentie

GPLv3, voor nu.